Het fasensysteem in de flexbranche

In de flexbranche geldt een speciaal contractensysteem namelijk het fasensysteem. Dit systeem, vastgelegd in de CAO voor Uitzendkrachten, is erg belangrijk voor zowel uitzendkrachten als uitzendbureaus. Het geeft uitzendkrachten de kans om rechten op te bouwen naarmate ze langer werken. In dit artikel gaan we dieper in op wat het fasensysteem precies inhoudt en waarom het zo belangrijk is.

Dit artikel is gecontroleerd door René de Haas, expert op het gebied van wet- en regelgeving in de flexbranche.

Wat is het fasensysteem?

Het fasensysteem bestaat uit drie fasen: A, B en C bij de ABU (of fase 1-2, 3 en 4 bij de NBBU). Hoe langer een uitzendkracht werkt, hoe meer rechten hij of zij opbouwt. Elke fase heeft zijn eigen regels en voorwaarden.

Fasensysteem: lengte van de verschillende fasen

Vrijwel de meest gestelde vraag over het fasensysteem gaat over de lengte van de verschillende fasen. Daarom starten we met een korte opsomming:

• Fase A (of fase 1-2): maximaal 52 weken
• Fase B (of fase 3): maximaal 6 contracten in 3 jaar
• Fase C (of fase 4): onbepaalde tijd

Fase A

Fase A duurt in totaal 52 gewerkte weken. Elke week waarin minstens 1 uur is gewerkt, telt mee. Zelfs weken met vakantie-uren worden meegerekend. In deze fase kunnen uitzendbureaus een onbeperkt aantal contracten aan hun uitzendkrachten aanbieden.

Onderbrekingsregel fase A

Net zoals in het reguliere arbeidsrecht gelden er verschillende onderbrekingsregels voor uitzendkrachten. De onderbrekingsregel voor fase A is: als er meer dan 6 maanden zit tussen twee uitzendovereenkomsten, begint de telling opnieuw. Als er geen onderbreking is, telt de teller gewoon door en blijft de uitzendkracht in fase A.

Fase A en het uitzendbeding

Binnen fase A is een belangrijk onderdeel van de uitzendovereenkomst het uitzendbeding. Zo heb je contracten met en contracten zonder uitzendbeding. Wij leggen in dit artikel alles uit over het uitzendbeding.

Fase B

Fase B duurt maximaal 3 jaar. In deze periode kunnen in totaal 6 tijdelijke arbeidsovereenkomsten worden afgesloten voordat de uitzendkracht overgaat naar fase C. De uitzendkracht werkt in deze fase op basis van een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding, voor bepaalde tijd.

Onderbrekingsregel fase B

Ook hier geldt een onderbrekingsregel: als er meer dan 6 maanden tussen twee overeenkomsten zit, begint de teller opnieuw en start de uitzendkracht weer in fase A. Duurt de onderbreking korter, dan tellen de onderbrekingen wel mee voor de periode van 3 jaar.

Fase C

In fase C werkt de flexwerker op basis van een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding voor onbepaalde tijd. Ook hier geldt dat bij een onderbreking van meer dan 6 maanden tussen de overeenkomsten, de teller opnieuw begint en de uitzendkracht weer start in fase A.

De uitzendkracht gaat werken bij de opdrachtgever

Vaak komt het voor dat uitzendkrachten uiteindelijk direct in dienst komen van de opdrachtgever. In dat geval wil je weten wat de rechten zijn voor jouw uitzendkracht. Wanneer de uitzendkracht wordt overgenomen door de opdrachtgever, gaat hij over van het fasensysteem naar het periode- en ketensysteem. Het arbeidsverleden van de flexwerker wordt dan meegenomen om het juiste contract aan te bieden.

Nog vragen?

Het begrijpen en correct toepassen van het fasensysteem is essentieel. Onze backoffice specialisten kunnen jou hierbij het beste adviseren. Heb je vragen over het systeem of specifieke vragen over het contract van een van jouw uitzendkrachten? Neem vooral contact met ons op!